Curio rovleyanus krijgt zijn algemene naam van gespecialiseerde bladeren die de grootte en vorm van kleine erwten (ongeveer 1⁄4 inch diameter).De achterliggende stengels kunnen groeien 2-3 voet (60-90 cm). Er is een kleine tip op de distale punt van elk blad en een dunne band van donkergroen weefsel aan de zijkant bekend als een “venster” (zie hieronder). Hij bloeit in de zomer en heeft, zoals alle asteriden, een samengestelde bloem. De trompetvormige bloem vormt clusters (ongeveer 1 ⁄ 2 inch diameter) van kleine witte bloemen met kleurrijke meeldraden. De bloem gaat ongeveer een maand mee en ruikt naar kaneel en andere specerijen.
Bladmorfologieedit
de oneven vorm van de bladeren is een aanpassing aan droge omgevingen en maakt de opslag van water mogelijk terwijl een minimale hoeveelheid oppervlakte per volume wordt blootgesteld aan de droge woestijnlucht. Dit vermindert zeer waterverlies toe te schrijven aan verdamping ten opzichte van de typische dorsi-ventrally afgeplatte bladeren van de meeste angiosperms. Hoewel de sferische bladmorfologie bijdraagt aan het minimaliseren van waterverlies, vermindert het ook drastisch het beschikbare gebied voor de absorptie van licht en kan het potentieel schadelijk zijn voor de fotosynthetische koolstofassimilatie van de plant.
een aanpassing die deze vermindering van de lichtinterceptie kan helpen compenseren, is een smalle, doorschijnende, halvemaanvormige weefselband aan de adaxiale zijde van de lamina. Deze gespecialiseerde structuur staat bekend als een” epidermaal venster ” en het laat licht toe om het interieur van het blad binnen te komen en te bestralen, waardoor het gebied van bladweefsel dat beschikbaar is voor fotosynthese effectief wordt vergroot. Dit is een eigenschap die wordt gedeeld met Curio radicans (bananenkoord), een nauwe verwant van Curio rovleyanus. Een soortgelijke morfologie wordt waargenomen bij soorten van het geslacht Fenestraria en de soorten Haworthia cooperi en Frithia pulchra, die onder de grond groeien en alleen hun bladpunten blootstellen om lichtstraling te absorberen.